De Nederlandse vertalingen van Tolstojs Sevastopol’skie rasskazy – Gaëtan Regniers

Gaëtan Regniers behaalde in 2018 zijn master Oost-Europese talen en culturen (Russisch-Pools), nadat hij eerder aan de Universiteit Gent geschiedenis studeerde. Voor zijn masterproef koos hij voor een receptiehistorisch onderzoek van de Sevastopol’skie rasskazy (Sebastopolverhalen) van Lev Nikolaevič Tolstoj (1828-1910).

Een veelzijdig beeld van het Sebastopolse leven”. De Nederlandse vertalingen van de Sevastopol’skie rasskazy van L.N. Tolstoj in het licht van de Tolstojreceptie. 

Er is dan wel heel wat bij elkaar geschreven over de receptie van Russische literatuur, maar een doorgedreven onderzoek naar de Tolstojreceptie (zoals het Dostoevskij-onderzoek van Pieter Boulogne, 2011) is er vooralsnog niet. Binnen het opzet van mijn masterscriptie koos ik voor een casestudie: een receptie-onderzoek van de Sevastopol’skie rasskazy, drie verhalen die Tolstoj schreef tijdens en kort na de Krimoorlog (1855-1856).

 

Het gevoerde onderzoek is in essentie descriptief en probeert aan de hand van historisch bronnenmateriaal de receptie van de Sebastopolverhalen te documenteren en te duiden. Het raamwerk van de scriptie wordt gevormd door de polysysteemtheorie, die vertalingen beschouwt als een transfer van normen tussen literaire systemen.

Nog tijdens het beleg van Sebastopol verscheen een Franse vertaling van Sevastopol’ v dekabre mesjace in de Brusselse krant Le Nord, mogelijk als onderdeel van een diplomatiek charme-offensief van de Russische overheid. Tot in 1885 verschijnen er vier Franse en een Engelse vertaling in kranten en tijdschriften, en het lijkt erop dat Russische literatuur ook in andere gevallen eerst voet aan de grond kreeg in periodieken.

De eerste Franse boekvertaling werd in 1886 onmiddellijk in het Nederlands vertaald, wat in termen van de polysysteemtheorie wijst op intersystemisch imitatiegedrag. Tafereelen uit het beleg van Sebastopol was meteen ook de allereerste Tolstojvertaling die in het Nederlands in boekvorm op de markt kwam. Deze vertalingen van Frederik Van Burchvliet oefende grote invloed uit op latere vertalingen en werd dertig jaar na publicatie nogmaals opgediept als krantenfeuilleton. De eerste rechtstreekse vertaling uit het Russisch liet dan weer tot 1966 op zich wachten.

Het is opvallend dat het vroege werk van Tolstoj in het Franse polysysteem werd binnengeloodst als uitgesproken autobiografische literatuur. Ook de Nederlandse receptie draagt hier sporen van via de titels Herinnering aan Sebastopol en Tafereelen uit het beleg van Sebastopol. Via het conformeren aan een populair en dominant genre in de ontvangende cultuur -dat van de memoires- wilde men de drempel voor de receptie van Tolstoj verlagen. De fascinatie voor de figuur Tolstoj speelde hierbij zeker ook een rol, en lijkt in een latere fase de motor te zijn geweest van de verdere Tolstojreceptie.

 

Gaëtan lichtte zijn onderzoeksresultaten toe in deze publicatie: ‘God ziet de waarheid’: Tolstojs Nederlandstalige debuut, Tijdschrift voor Slavische Literatuur 82: 15-19 (2019).